Resultaten van het grootschalige bloedonderzoek naar PFAS-vervuiling rond de 3M-fabriek in Zwijndrecht
20.03.2025 | Grondrecht
De resultaten van het grootschalige bloedonderzoek naar PFAS-vervuiling rond de 3M-fabriek in Zwijndrecht zijn geen verrassing meer – en net dat is het probleem. Iedereen wist het al. Iedereen voelde het al. En toch, nu het zwart op wit staat, blijft het oorverdovend stil aan de kant van waar de oplossingen zouden moeten komen.
Het onderzoek was bedoeld om de omvang van de PFAS-blootstelling in kaart te brengen en mogelijke gezondheids-effecten te onderzoeken. Duizenden inwoners gaven bloed, vulden vragenlijsten in, hoopten op duidelijkheid. En wat blijkt? Elk staal, zonder uitzondering, bevat PFAS. De ‘forever chemicals’ doen hun naam eer aan: ze zijn in de bodem, in het water, in het voedsel – en dus in de lichamen van zij die er wonen. Het bloedonderzoek bevestigt wat we al lang wisten, maar liever niet hardop zeiden: de inwoners van Zwijndrecht zijn belast met decennialang falend milieubeleid.
De cijfers zijn onthutsend. Bijna een derde van de deelnemers heeft PFOS- en PFOA-concentraties die gezondheids-risico’s op lange termijn niet uitsluiten. Bijna de helft overschrijdt de strengste Europese norm. En toch blijft de boodschap halfslachtig. Er worden verbanden gesuggereerd, maar niet expliciet gelegd. We zullen zien of ze wel worden gelegd in het komende vervolgonderzoek. Er zijn aanwijzingen voor een verstoorde schildklierfunctie, een verhoogd risico op leverproblemen, maar zekerheid ontbreekt. ‘Meer onderzoek is nodig,’ klinkt het. Meer tijd, meer studies, meer analyses. Maar de burgers die hier wonen hebben geen tijd meer. Hun kinderen groeien op met vervuiling als norm, hun gezondheid is geen academisch experiment.

En alsof dat nog niet volstaat, blijkt het zelfs onmogelijk om de resultaten van dit onderzoek correct te vergelijken met eerdere metingen. In Vlaanderen bestaat er momenteel namelijk geen enkel laboratorium dat betrouwbare resultaten kan leveren voor de som van PFOS (zowel de lineaire als de vertakte vorm). Daardoor werd in deze studie enkel de lineaire vorm van PFOS gebruikt. De huidige resultaten uit 2025 zijn dus per definitie niet vergelijkbaar met die van 2021 of andere internationale studies, die wél de som van alle PFOS-vormen hanteren. Kortom, er kan geen betrouwbaar cijfer gemeten worden dat de totale PFOS-blootstelling weergeeft en zo zorgt voor een enorme onderschatting van de hele problematiek. Is dat niet vreemd? Een stof die al sinds de jaren ‘70 gemeten wordt, maar nog steeds zonder uniforme, consistente meetmethode in Vlaanderen?
Dit roept pijnlijke vragen op. Hebben we in het verleden altijd gewerkt met laboratoriumresultaten die verschilden naargelang welk lab de metingen uitvoerde? Waarom slaagt Vlaanderen er niet in om zijn – toegegeven, schaarse – laboratoria op dezelfde standaard te laten werken, zodat er betrouwbare, reproduceerbare metingen van PFOS kunnen plaatsvinden? Wat is een bloedonderzoek waard als de cijfers niet eens vergelijkbaar zijn?
Hoe kon het zover komen? De blootstellingsroutes zijn al lang bekend: vervuild grondwater, eieren uit de eigen tuin, groenten uit besmette bodem en contact met deze bodem in de tuin. Het bloedonderzoek bevestigt opnieuw dat wie dichter bij de fabriek woont, hoger in blootstelling scoort. De windrichting, de woonduur, het dieet – alles bepaalt hoeveel gif zich opstapelt in de lichamen van gewone burgers. En toch, ondanks deze kennis, blijft de overheid aarzelen, minimaliseren en vooral: doorschuiven.

Wat nu? De aanbevelingen uit het onderzoek zijn pijnlijk symbolisch. Geen eieren eten. Contact met bodem vermijden. Geen lokaal geteelde groenten voor kwetsbare groepen. Geen grondwater gebruiken. Alsof het probleem daarmee opgelost is. Alsof Zwijndrecht en omstreken zich kunnen onttrekken aan de realiteit van hun omgeving. Wat als het advies was geweest: ‘Vermijd ademen’? Want dat is waar we naartoe gaan: een zone waar enkel nog voorzichtig kan worden geleefd, alsof men een radioactieve zone betreedt.
En wat met verantwoordelijkheid? De vervuiler betaalt, wordt altijd gezegd. Maar 3M blijft zich verschansen achter juridische rookgordijnen, en de overheid lijkt vooral beducht om écht in te grijpen. De burger betaalt intussen de prijs, niet alleen in verloren vertrouwen, maar in zijn eigen lichaam, in de gezondheid van zijn kinderen, in de onzekerheid over wat deze blootstelling betekent op lange termijn.
Zwijndrecht is een plek waar burgers als proefkonijnen dienen, waar volksgezondheid afhangt van de bereidheid van multinationals om hun verantwoordelijkheid te nemen, waar overheden pas in actie schieten als de feiten hen met de neus op de vervuilde grond drukken.
Dit bloedonderzoek is meer dan een wetenschappelijke studie. Het is een stille aanklacht, een document dat leest als een schuldbekentenis. De vraag is alleen: wie neemt de schuld op zich?